Boeken

10364306_576572632442160_1137081579_n

Het geheim van de Ebbertjes

 Als Abbi Ebbert zijn kelder opruimt, vindt hij een oude kist waarin een magische schatkaart met tien opdrachten ligt. Als deze tien opdrachten zijn uitgevoerd, kunnen de Ebbertjes – wezentjes van ongeveer één meter lengte – achter hun geheim komen. Deze magische schatkaart geeft alle locaties ter wereld aan waar de opdrachten moeten worden uitgevoerd.
 Vier dappere Ebbertjes besluiten het avontuur op te zoeken en gaan op reis om de opdrachten uit te voeren. Ze worden geholpen door de engel Gabi en andere magische wezens. Maar de Ebbertjes worden ook tegengewerkt door de duistere, zeer gevaarlijke vijand van Gabi. Deze aanhanger van het kwaad probeert steeds te verhinderen dat ze de opdrachten kunnen uitvoeren. Hun reis is dus niet zonder gevaar! De Ebbertjes moeten het opnemen tegen het duistere kwaad, levensgevaarlijke obstakels onderweg overwinnen en enge wezens verslaan. Met behulp van goede wezens en een beetje magie komen ze gelukkig steeds dichter bij hun doel. Maar zullen ze ooit achter het geheim van de Ebbertjes komen?

 

Het geheim van de Ebbertjes
Jannette Karssen
ISBN 978-90-818445-0-5
344 blz, 14.8 x 21 cm
Paperback, vanaf 10 jaar
€ 10,00 excl.verzendkosten

Verzendkosten € 2,00 per stuk
Het geheim van de Ebbertjes is vanaf nu te koop bij Uitgeverij het magische blad. 

Fragmenten uit het boek

Abbi wijst de kamer in. Hij is niet in staat iets te zeggen. Kiri’s mond valt open. Door het raampje van de kamer schijnt de volle maan en hij verlicht de kamer. De twee zien de kaart in het midden van de kamer zweven. Op de kaart zit een klein mannetje met een groene puntmuts. Hij heeft een grote, kromme neus met een pukkel.
‘Eindelijk heb ik jullie aandacht,’ zegt het mannetje met een piepende stem. ‘Ik laat jullie iets zien.’
Abbi en Kiri gaan rechtop in bed zitten en kijken het mannetje verbaasd aan.
‘Wat ben jij nou voor wezen?’ vraagt Abbi.
Beledigd kijkt het mannetje naar hem. ‘Kan je dat niet zien. Ik ben een kabouter. Nu stil en kijken. Ik laat het maar één keer zien. Anders zoek je het maar uit,’ zegt hij boos.
Midden in de kamer begint de kaart te tollen. Uit de kaart komt de villa omhoog. Rond de villa zien ze de zee. De golven slaan tegen de rotsen en ze horen de wind gieren.
De deur van de villa gaat open en een man met een baard komt naar buiten. ‘Ik lig op jullie kerkhof naast het graf van Diederik. Op mijn steen staat de plaats waar ik ben gestorven. Op die plaats vinden jullie de volgende aanwijzing naar hetgeen jullie moeten vinden.’
Hij gaat weer naar binnen en de deur sluit met een klap achter hem. De villa wordt weer

opgezogen in de kaart en deze valt met een klap op de grond. De kabouter is verdwenen.

♣ ♣ ♣

‘Je kan geen kant op. Het is dat ik iets van jou wil hebben, wat je nog niet hebt; anders had ik je al opgegeten. Een klein tussendoortje. Heerlijk,’ zegt hij smakkend.
De schimmen hangen om haar heen. Wil de wolf haar pakken, dan zal hij weer moeten veranderen in dat zwarte gedaante. Maar hij doet nog niets.
Langzaam loopt Kiri achteruit. Liever te pletter vallen dan nog langer met dat monster oog in oog staan.
Kiri kijkt nog eenmaal in de ogen van de wolf. Ze ziet de boosheid. De angst is in haar eigen ogen te lezen. Nog één stap en ze is bij de rand van de rots.
‘Kijk daar achter je monster, mijn redding!’ roept ze en terwijl de wolf omkijkt, draait Kiri zich om en springt.
Ze stort in de rivier. De stroming is sterk en ze wordt meegesleurd over de rotsen naar

beneden. Er lijkt geen einde aan te komen. Ze klapt van de ene rots op de andere. Met een grote plons komt ze terecht in een groot meer.
Ze gaat kopje onder en komt proestend boven. Angstig kijkt ze omhoog en ziet nog net de kop van de enorme wolf boven haar, op de rots. Het gevaar is nog niet voorbij. Ze ziet de schimmen naar beneden komen. En wacht tot de wolf volgt. Maar hij komt niet. Ze hoort het gesuis en dan… Dan is het stil. Doodstil.

♣ ♣ ♣