var _gaq = _gaq || []; _gaq.push(['_setAccount', 'UA-32916913-1']); _gaq.push(['_trackPageview']);
(function() { var ga = document.createElement('script'); ga.type = 'text/javascript'; ga.async = true; ga.src = ('https:' == document.location.protocol ? 'https://ssl' : 'http://www') + '.google-analytics.com/ga.js'; var s = document.getElementsByTagName('script')[0]; s.parentNode.insertBefore(ga, s); })();
Terwijl Kiri de barre en angstige tocht langs de rivier maakte, zweefden de andere drie alle kanten op. Op weg naar hun eigen avontuur.
Abbi viel van de lange tocht in slaap en schrok wakker van een plons. Geschrokken ontdekte hij dat hij midden op een meer was geland. Hij raakte in paniek, want hij kon niet zwemmen. Eerst bleef hij nog proestend en spartelend boven, maar al snel gaf hij op en zonk naar de bodem.
Als door een wonder hervond hij de kracht en kwam uiteindelijk op de kant terecht. De oppervlinder was vreselijk terleurgesteld in Abbi, totdat zwarte schimmen uit het water omhoog kwamen.
Zij waren de reden van de bijna verdrinking van Abbi.
Abbi volgde een pad met keitjes en kwam na een aantal tegenslagen bij zijn einddoel. Een groot zwart kasteel met tien torens en een gracht gevuld met krokodillen.
Wordt vervolgd…
De Ebbertjes